Deze pagina gaat over de cultuur dimensies zoals de heer Geert Hofstede deze heeft ontwikkeld. Hij is ingegaan op bepaalde zaken waarna je een land in kunt delen in een bepaalde status. Er bestaat volgens deze theorie van Hofstede geen goed of fout, maar het gaat er vooral om om op deze manier rituelen en gebruiken beter te kunnen begrijpen binnen een bepaalde cultuur.

Wanneer u op vakantie gaat naar een land met een totaal andere cultuur dan de onze, dan is het verstandig om u voor vertrek goed te laten informeren over de gebruiken op de betreffende bestemming. Vooral wanneer u ergens te gast wordt gevraagd is het erg belangrijk om te weten wat gebruikelijk is binnen de cultuur van uw gastheer. U kunt hiermee veel gênante momenten voorkomen en u laat zien dat u de moeite hebt genomen om u in de andere cultuur te verdiepen.

Hofstede baseert zijn theorie op verschillende dimensies, te weten:

-          machtsafstand

-          individualisme versus collectivisme

-          masculien versus feminien

-          onzekerheidsmijding

-          langetermijnoriëntatie versus kortetermijnoriëntatie 

Machtsafstand gaat over de manier waarop iemand met een hoger staand persoon omgaat: een kind naar zijn grootmoeder, een medewerker naar zijn baas. Wordt er binnen een groot bedrijf getutoyeerd en iedere vrijdagmiddag met de complete staf geborreld, dan zal de machtsafstand vrij klein zijn.

Individualisme en collectivisme gaat over de rol van een groep personen tegenover de rol van een individu. Worden beslissingen in groepsverband genomen of worden beslissingen alleen, zonder overleg gemaakt.

Masculien en feminien gaat over de mannelijkheid en de vrouwelijkheid binnen een cultuur. Binnen een masculiene cultuur zijn de mensen competitiever ingesteld en in een feminiene cultuur zijn de mensen zorgzamer ingesteld.

Diverse culturen willen zo weinig mogelijk risico lopen bij alles wat er gebeurt. Zo'n cultuur heeft dan een hoge zekerheidsmijding. Wanneer een Duitser bijvoorbeeld op vakantie gaat in een omgeving die hij niet kent, zal zijn eerste vraag 'Wo ist die Apotheke?' zijn. Die vraag stelt hij niet omdat hij op dat moment een apotheek nodig heeft, maar mocht er iets gebeuren, dan weet hij tenminste een apotheek te vinden.

Bij lange en kortetermijnoriëntatie gaat het erom of een land het op korte termijn of op lange termijn zijn status wil verhogen.

Een leuk voorbeeld van cultuurverschillen: